Saturday, July 27, 2013

Moorden in naam van een Armeense genocide (Lissabon 1983)



De bloeddorst van Armeense terroristen was na de moordpartijen in Brussel en Parijs/D’Orly nog altijd niet gestild.

In die bloedige maand juli van 1983 ondernamen ze nog een terreuraanslag. Voor de tweede keer vielen ze de Turkse ambassade in Lissabon aan. Hun doel was om de Turkse ambassadeur te pakken. Dat mislukte omdat de beveiliging dat voorkwam. Daarbij werd één van de aanvallers gedood. De Armeense terroristen gijzelden daarop de diplomatieke zaakgelastigde Yurtsev Mihçioğlu en zijn gezin.
 

De Europese justitie kreeg geen gelegenheid om de Armeense terroristen* op een coulante behandeling te onthalen zoals bij vele Armeense genocide-terroristen.
* Van de vijf daders zijn namen bekend: Vatche Daghlian, Sedrak Ajemian (Setrak Adjemian), Simon Yahneyan (Yahniyan/Yaheneian), Sarkis Aprahamian (Abrahamian) en Ara Kerjelian (Kuhrjulian) .

Toen namelijk de Portugese anti-terreureenheid de ambassade omsingelde en binnenviel, zonk de terroristen de moed in de schoenen en bliezen ze zichzelf op.

Anti-terreureenheden bezig met ontzetten van de Turkse ambassade.


Bij hun zelfmoord verwondden ze Cahide Mihçioğlu, de echtgenote van Yurtsev. Onderweg naar het ziekenhuis overleed ze aan haar zware verwondingen. 

De JCAG/ARA (dekmantel van Dashnak-ARF) eiste de aanslag op. Het was dus geen verrassing dat ze bij een herdenking in een Armeense kerk (!) in 2008, geleid door aartsbisschop Mardirossian, massaal hun opwachting maakten om deze losers te gedenken. 

(Je ziet dus dat zelfs hun geestelijken geen onderscheid lukt te maken tussen goed en kwaad en herdenkingsdiensten houden voor zielloze moordenaars. Dit kun je verwachten bij een natie die medailles uitbrengt om hun nazi-hielelikkers te gedenken)




Wednesday, July 24, 2013

Europa: safe haven voor anti-Turkse terroristen


Europa heeft een traditie van supporten van anti-Turkse terroristen. Terroristen die op Turks grondgebied moord en verderf ontketenen. In deze analyse wil ik er meer over vertellen.
De reden dat ik dit doe is omdat het raakvlakken heeft met de hier vaak besproken Armeense genocide-terrorisme.


(Het steunen van terroristen tegen Turkse belangen is dus een onderdeel van de Duizendjarige Oorlog) 

In het verleden werden Armenen door Europa gesteund bij hun misdaden tegen de Turkse natie. Tegenwoordig kunnen de Koerdische extremisten van de PKK rekenen op onderdak en support. Net als de DHKP/C, een andere extreemlinkse terreurgroepering die in Turkije huishoudt. 



Wat verder terug in de tijd, voor de 1890’s, konden Grieken en Bulgaren op gretige hulp vanuit Europa rekenen in hun terreur tegen de Turken. Omdat deze weblog over de Armeense kwestie gaat, zal ik me beperken tot de Armeense terrorisme. Daar de Europese support aan de PKK en de DHKP/C nog altijd actueel is, neem ik die groepen ook mee in de analyse.

Armenen hadden behalve in de 1970’s en 1980’s ook daarvoor terreur bedreven.
Eind 19e eeuw kregen Armeense terroristen van de Hunchaks of de Dashnaks volop steun van Europa. Behalve met propaganda hielpen Europeanen de Armenen ook met het afdwingen van vrijgeleides. Wanneer Armeense terroristen bijvoorbeeld misdaden hadden gepleegd, schoot Europa ze te hulp om aan de Ottomaanse justitie te ontsnappen.

Zoals bijvoorbeeld de organisatoren van de opstand van Zeitoen in oktober 1895. De massale opstand van de Armenen leidde tot de gevangenname van 600 Ottomaanse soldaten. Op enkele na werden ze allemaal omgebracht in een gigantisch bloedbad. De organisatoren kregen onder druk van Europa vrijgeleides en werden door Frankrijk opgevangen.

Een ander voorbeeld is hoe het afliep met de terroristen van de gijzeling van de Ottomaanse Bank op 26 augustus 1896. Bij hun actie gijzelden ze iedereen in de bank waarbij ze ruim 10 mensen ombrachten. Hun eisen zoals het afdragen van de Ottomaanse controle over Oost-Anatolië werd niet ingewilligd. Ze zaten als ratten in de val, maar niet voor lang. Europa reikte ze de helpende hand. De moordenaars kregen vrijgeleide naar Europa, ze mochten zelfs de wapens houden waarmee ze onschuldigen hadden vermoord. 

Eerst kregen ze gelegenheid om bij te komen op het privéjacht van de Britse CEO van de bank. Erna bracht een Frans schip ze naar Marseille, waar eerder de moordenaars van Zeitoen onderdak hadden gekregen.


(De naïeve Turken zouden later enkele terroristen van de aanval op Ottomaanse Bank toestaan om Ottomaans parlementslid te worden. Zware vergissing: één ervan (Karekin Pastermadjian aka Armen Garo) zou in WO1 met een hele Ottomaanse Armeens regiment overlopen naar de Russische vijand.)
    

- lees verder in deel II -

Wednesday, July 17, 2013

Armeense genocide-terrorisme: MIT opent de jacht op de moordenaars



Tussen 1973-1985 brachten Armeense genocide-terroristen in totaal 60 mensen om het leven. Het grootste deel onder de doden waren Turkse diplomaten (24 slachtoffers). Geen enkel land heeft waarschijnlijk zoveel diplomaten omgebracht zien worden als Turkije.

Dat Armenen puur vanwege hun haat en leugens zoveel mensen ombrachten is zeer misdadig te noemen. Maar nog misdadiger was de lakse en tolerante houding van Europese staten. Notabene door landen die moeten doorgaan voor (militaire) bondgenoten van Turkije*.
* Zelfs heden zien we deze misdadige houding Europese landen terug. Op dit moment zitten de NAVO-bondgenoten Nederland en Duitsland met hun Patriot-raketsystemen Turkije te beschermen tegen dreigingen vanuit Syrië. Nederland en Duitsland zijn juist landen waar terroristen, die in Turkije politiemannen en soldaten ombrengen, onderdak en support krijgen. Safe havens voor de moordenaars van PKK en DHKP/C.

In de jaren ‘70 en ’80 spraken westerse rechters ene na de andere Armeense misdadiger vrij of veroordeelden ze tot kinderachtig lage straffen voor het vermoorden van onschuldigen. Of ze kwamen na enkele jaren vrij.
Een treffend voorbeeld is de door getuigen aangewezen moordenaar Hüsnü G. die door de corrupte Belgische rechters werd vrijgesproken.

Maar op een gegeven moment raakte het geduld van Turkije op. Die kondigde in augustus 1982 tegenmaatregelen aan: 
Generaal Kenan Evren, de leider van de militaire junta die Turkije regeert, heeft zondag gezegd dat ”de Turkse staat en het volk zich van nu af vrij voelen om maatregelen te nemen" tegen Armeniërs die in de afgelopen tijd verscheidene aanslagen hebben gepleegd op Turkse diplomaten, voornamelijk in het buitenland.

Het dagblad Gunyadin [Gunaydin] meldde dat leden van de Turkse inlichtingendienst opdracht hebben gekregen om in het buitenland verblijvende Armeense guerrillastrijders op te sporen. Ze moeten de leiders arresteren van groepen als het Geheime leger voor de bevrijding van Armenië (Asala). Daarbij mogen ze gebruik maken van vuurwapens. Ze moeten proberen hen naar Turkije te brengen waar hun een proces wacht, aldus de krant.

Turkse functionarissen hebben zich er herhaaldelijk over beklaagd dat buitenlandse regeringen onvoldoende hun best hebben gedaan om Armeense militanten te arresteren
.



De jacht op Armeense moordenaars was geopend. De Turkse geheime dienst MIT kreeg de opdracht om de laffe Armeense daders op te pakken.
Het lijkt effect gehad te hebben. Binnen drie jaar na deze aankondiging hielden de Armeense genocide-terroristen op met het vermoorden van onschuldigen. Op een gegeven moment moet de MIT-jacht een kritische grens hebben bereikt bij de Armeense terroristen, want na maart 1985 zijn Asala en JCAG opgehouden met hun moordpartijen.

 

Waarschijnlijk waren er niet zoveel slachtoffers gevallen als Europese staten kordater hadden ingegrepen. Hun lakse houding leidde ertoe dat de Armenen aan het moorden bleven. Als Europa had ingegrepen zouden ze na enkele moorden zijn gestopt. Ze zijn in feite aangemoedigd om onschuldige Turken en anderen om te brengen. 

Het feit dat deze Armeense misdaden nog altijd worden goedgepraat in pro-Armeense propaganda op universiteiten, media en dergelijke is een klap in het gezicht van niet alleen de Turkse slachtoffers, maar ook de vele niet-Turkse doden.